Afvallen staat op het wensenlijstje van heel veel mensen. En dat heeft niet alleen met het uiterlijk te maken maar ook met de gezondheid. We hebben het hieronder niet over mensen die een paar kilo’tjes kwijt moeten maar over diegenen die flink overgewicht hebben.
1. Acceptatie
Het klinkt gek maar het begint met acceptatie van je lichaam. Het is jouw lichaam en je moet het ermee doen. Alleen als je jezelf accepteert en liefhebt, en niet vol haat naar je lichaam kijkt, lukt het om samen met dat lichaam aan de slag te gaan. Want ook al is je lichaam misschien te dik, het is wel jóuw lichaam. Sluit vriendschap en ga aan de slag.
2. Stap voor stap
Stel geen onrealistische doelen. Dat is een garantie om niet te slagen. Het hangt natuurlijk af van je BMI maar 5 kg. afvallen is al een mooi resultaat. Het is de kunst om het er daarna vanaf te houden. Daarom moet je ook niet te snel afvallen. Dan zal je lichaam namelijk ook snel weer terug willen naar het oude gewicht. Hoe langzamer je afvalt hoe beter. Twee kilo per maand is prima.
Voeding en slaap is 90%, sporten 10%
Uit onderzoek blijkt dat je afvalt door je voeding aan te passen en op tijd te gaan slapen. Dat betekent niet dat je niet hoeft te sporten. Maar dat doe je om je lichaam te shapen, je spieren te trainen, je conditie te verbeteren en je lekkerder te voelen.
Je verbrandt wel calorieën maar dat is beperkt ten opzichte van de winst die je behaalt door je dieet aan te passen.
Wat moet je wel en niet eten?
Niet ieder lichaam werkt hetzelfde en je geslacht en leeftijd spelen ook een rol. Toch zijn er algemene stelregels:
1. Geen suiker
2. Geen suiker
3. Geen suiker
Dit is het allerbelangrijkste. Door suiker, ook uit zoet fruit, frisdrank, gedroogd fruit, drop, enz. uit je dieet te schrappen maak je al meteen een reuzenklapper.
4. Eet voldoende proteïne. Dus (biologisch) vlees en vis, eieren.
5. Eet voldoende gezonde vetten. Dat is bijvoorbeeld olijfolie maar ook af en toe een klontje roomboter (géén margarine of halvarine)
6. Wees zeer matig met brood, pasta en aardappelen. Per dan één kleine portie is prima, anders houd je het ook niet vol.
7. Kook zelf met verse producten. Gebruik geen voorverpakte sauzen enz. Deze bevatten vaak suikers soms ook de smaakversterker monoglutamaat (E-621) en die wekt de eetlust op en zorgt dat je blijft dóóreten.
8. Drink veel water (zonder koolzuur).
Door te stoppen met suiker en (geraffineerde) koolhydraten voorkom je insuline pieken in je bloed. Het voert te ver om dit hier uit te leggen, maar je zult minder vaak trek hebben en je lichaam zal je vet gaan verbranden (omdat er geen suikers meer zijn).
Bereid je erop voor dat je lichaam de eerste dagen zal moeten wennen en dat je misschien hoofdpijn zult hebben. Dit hoort na een paar dagen over te zijn.